KOSSUTH Lajos
Geboren: 27 april 1806 (Monok, Hongarije) Als: Udvardi és kossuthfalvi Kossuth Lajos Overleden: 20 maart 1894 (Turijn, Italië) Belangrijk politicus, revolutionair en president-gouverneur van Hongarije. Kossuth Lajos was een Hongaars nationalistisch en liberaal politicus, tevens advocaat en journalist. Hij was afkomstig uit de lagere aristocratie. Zijn vader, Kossuth László, was eveneens advocaat (°Kossut, 1762 – Alsódabas, 1839). Zijn moeder, Weber Karolina, geboren in een Lutherse familie en van Duitse afkomst, overleed in 1853 in België (°Liszka, 1770 – Brussel, 1853). Lajos was de oudste van vijf kinderen en had nog vier jongere zusters: Karolina, Emília, Lujza en Szuszanna. Lajos huwde op 9 januari 1841 met Meszlényi Therésa (1809-1865), met wie hij drie kinderen kreeg: Ferenc Lajos Ákos (1841-1914), Vilma (1843-1862) en Lajos Tódor Károly (1844-1918).
Kossuth studeerde aan het Piaristcollege van Sátoraljaújhely, vervolgens een jaar aan het calvinistische college van Sárospatak en nadien aan de Universiteit van Pest (nu Budapest). Op de leeftijd van negentien trad hij de juridische praktijk van zijn vader. Kossuth Lajos uitte zich in diverse dagbladen (o.a. Pesti Hirlap) als een nationalist en liberaal. Hij was lokaal populair en werd aangesteld tot medewerker van grootgrondbezitter gravin Szapáry, een weduwe met grote landgoederen. Hij werd haar stemgerechtigde vertegenwoordiger in de provincieraad en vestigde zich in Pest. Op grond van een misverstand met betrekking tot het beheer van fondsen werd hij ontslagen. Nadien (1825–1827 en 1832–1836) werd Kossuth aangesteld als plaatsvervanger van eerst Baron Révay Ferenc en dan van Baron Vécsey Sámuel in de Nationale Landdag in Pressburg (Pozsony, thans Bratislava), toen de hoofdstad van Hongarije. In 1836 werd die Nationale Landdag ontbonden, maar terug hersteld in 1839. In 1847 werd hij, met de steun van Batthyány Lajos, onafhankelijk lid van de Landdag als afgevaardigde voor Pest en trad op als meeslepend redenaar. Hij bepleitte de afschaffing van de feodale rechten en een afzonderlijke regering voor het Hongaarse rijksdeel van Oostenrijk. Tevens zette hij zich in voor de vrijheid van drukpers.
In het eerste liberale kabinet van Batthyány Lajos (maart 1848 - september 1848) trad hij op als minister van Financiën. Hij oefende een beslissende invloed uit op de totstandkoming van de liberale grondwet van 1848. In september 1848 werd hij zelf premier. Hij koerste steeds meer af op onafhankelijkheid van Hongarije en riep de republiek uit. Kossuth zelf werd president-gouverneur van de nieuwe republiek. Oostenrijk viel daarop Hongarije binnen. De Oostenrijkse opmars verliep moeizaam en de regering-Kossuth hield voorlopig stand dankzij het optreden van de Hongaarse veldheer Görgey Artúr en diens nationale troepen. Tijdens die gevechten kwam ook de beroemde Hongaarse dichter/vrijheidstrijder Petõfi Sándor om het leven (31 juli 1849 in Segesvár). Toen de Russen zich echter met de zaak gingen bemoeien en zich aan de zijde van Oostenrijk in de strijd mengde, leed het Hongaarse leger een aantal nederlagen op rij. Kossuth droeg de macht ten slotte over aan Görgey op 11 augustus 1949 en week met zijn gezin uit naar Turkije. Görgey capituleerde al vlug voor de Russen in Világos (nu Şiria, Romenië), die vervolgens het verslagen leger aan de Oostenrijkers overdroegen.
Kossuth leefde vervolgens ruim 45 jaar in ballingschap. Eerst in Turkije, dat hem gastvrij ontvangen had en waar de Ottomaanse autoriteiten, gesteund door Groot-Britannië, weigerden hem en andere vluchtelingen uit te leveren aan Oostenrijk. Hij werd er hereningd met zijn kinderen en later ook met zijn vrouw, op wiens hoofd een prijs was gesteld en onder vermomming het land had kunnen uitvluchten. Met het akkoord van het U.S. congres, stapte Kossuth op 1 september 1851 in Smyrna (Izmir) aan boord van de USS Mississippi met zij familie en vijftig andere vluchtelingen, op weg naar de Verenigde Staten. In Marseille (Frankrijk) aangekomen vroeg Kossuth de toelating om naar Engeland te reizen via Frankrijk. Dat werd hem geweigerd door President Louis Napoleon (de latere Keizer Napoleon III). Kossuth ging dan in Gibraltar van boord en op 23 oktober landde hij in Southampton, waar hij enthousiast ontvangen werd. Na een verblijf van drie weken in Engeland, vertrok hij opnieuw richting USA, waar hij in New York aankwam op 6 december 1851. Daar ondervond hij tegenstand van andere in de Verenigde Staten verblijvende Hongaren en al vlug keerde hij terug naar Engeland, waar hij negen jaar zou blijven. Hij was er o.a. lid van het Europese republikeinse comité. In 1859 begon hij onderhandelingen met Napoleon III en verliet Engeland voor Italië. In 1859 vormde hij daar het Hongaarse Legioen, dat aan de zijde van Giuseppe Mazzini streed tegen de Oostenrijkers en de Italiaanse vorsten. Het kwam wel tot een breuk met andere Hongaarse patriotten die geleid werden door Deák Ferenc (Minister van Justitie tijdens het revolutionair bewind, 1848, gekend als 'De wijze man van de Natie'), die het Oostenrijks-Hongaars compromis van 1867 onderhandeld had, met de daaruit voortvloeiende amnestie. Een wet van 1879 ontnam de Hongaarse nationaliteit van, alle Hongaren die vrijwillig meer dan tien jaar afwezig waren uit het land. Dat was een grote teleurstelling voor Kossuth, die zijn land nooit meer zou terugzien. Hij overleed in Turijn (Italië) op 20 maart 1894. Zijn lichaam werd naar Hongarije overgebracht en op 1 april 1894 met veel pracht en praal bijgezet in Budapest. Via een openbare inschrijving werd op de Kerepesi Begraafplaats een bronzen standbeeld opgericht.
Velen zagen Kossuth als een zuiver Hongaars patriot en een uitstekend redenaar. Anderen zagen hem, onbewust, als de auteur van Hongarije's onderwerping in plaats van zijn onafhankelijkheid. Het belangrijkste plein van Budapest aan het Hongaarse parlementsgebouw is vernoemd naar Kossuth en het Kossuth Memorial is een belangrijke scène van nationale ceremonies. De meeste steden in Hongarije hebben straten vernoemd naar Kossuth. Het eerste openbare standbeeld ter herdenking van Kossuth werd in 1898 opgericht in Miskolc. Kossuth Rádió, het belangrijkste radiostation van Hongarije, is naar hem vernoemd. Bartók Béla schreef een symfonisch gedicht genaamd 'Kossuth' over hem. De gedenktekens van Kossuth Lajos in de verloren gebieden van Hongarije na de Eerste Wereldoorlog, en opnieuw na de Tweede Wereldoorlog, spelen een belangrijke rol als symbool van de nationale identiteit van de Hongaarse minderheid. Vele werden eerst vernietigd, sommige nadien teruggeplaatst. Ook ondermeer in Slowakije, Servië, Roemenië, Bulgarije, Oekraïne, Schotland, Canada en de Verenigde Staten van Amerika bevinden zich gedenktekens van Kossuth.
|